De storm van kritiek op de lage rekenrentes die pensioenfondsen moeten gebruiken om hun toekomstige verplichtingen naar het heden contant te maken, houdt aan. Hiermee worden die verplichtingen op papier hoger, met veelal dekkingstekorten als resultaat wanneer pensioenfondsen ze vergelijken met het reeds opgebouwde beleggingsvermogen.
Vrijwel iedereen van naam en faam – inclusief 18 hoogleraren - leek zich te scharen achter de kritiek, getuige de gezamenlijke brief die ze in oktober stuurden naar de Tweede Kamer. Ik ben allesbehalve een pensioenexpert en zou niet durven hun mening te betwijfelen.
Een verhoging van de rekenrente en aanverwante kunstgrepen is een politieke of zelfs morele keuze. Of een verhoging juist zal blijken, weet niemand. Hoewel veel pensioenfondsen – ook die met grote dekkingstekorten – een enorm vermogen hebben opgebouwd en lijken te bulken van het geld, zijn er twee redenen om het optimisme te temperen.
De eerste is bekend en gemakkelijk te modelleren: de vergrijzing, waardoor uiteindelijk de premie-instroom van werkenden zal afnemen en de uitkeringen aan gepensioneerden juist toenemen. De tweede is de grote onbekende en betreft de rendementen die de pensioenfondsen in de komende decennia gaan behalen. Als ze vrolijk jaarlijks zo’n zeven procent rendement halen in de rest van deze eeuw, zullen weinig pensioenfondsen hun deelnemers - ongeacht bouwjaar - teleurstellen.
En daar slaat bij mij als pensioenleek de twijfel toe. Heel misschien zegt de lage marktrente (waarop de rekenrente is gebaseerd) namelijk ook iets over de verwachte toekomstige rendementen. Ik vermoed dat een risico-arme dertigjarige staatslening met nul procent effectief rendement ongeveer nul procent gaat opleveren. Veel bedrijfsobligaties leveren gelukkig meer op en hopelijk compenseert het verwachte (beperkte) rendement het extra risico, maar zeven procent ligt niet voor de hand. Dus vol in de aandelen en vastgoed dan maar.
Terwijl ik de waarderingen op de aandelenbeurzen nog eens bestudeer en de prijsontwikkeling van vastgoed bekijk, wens ik de pensioenfondsen alvast veel succes.
En alle pensioenexperts veel wijsheid.
Dit is een column van Errol Keyner, adjunct-directeur van de VEB